Dit is het tweede deel van mijn Myanmar reisverslag. Je leest hier over mijn trekking in Hsipaw. Maar ook over mijn bezoek aan Pyin oo Lwin en Mandalay.
In deel 1 kon je lezen hoe ik van Bangkok naar Yangon vloog en wat mijn eerste indruk van Myanmar was. In Yangon bezocht ik de Shwedagon pagode en reisde ik met de nachtbus door naar Hsipaw. Deel 1 eindigde in Hsipaw. Waar ik, nog zonder succes, geprobeerd had een trekking te regelen.
Myanmar – onderdeel van een langere reis
Mijn reis door Myanmar was onderdeel van een langere reis. Ik ging in totaal vier maanden op pad.
Ik startte in India en doorkruiste het land met twee vrienden in onze eigen tuktuk. Via Bangladesh en Bangkok reisde ik door naar Myanmar. Na mijn rondreis door Myanmar bezocht ik ook nog Thailand, Laos en Cambodja. Ik sloot deze trip af in Indonesië.
Met uitzondering van India en Bangladesh reisde ik solo. Onderweg ontmoette ik veel medereizigers met wie ik soms kort en soms lang samenreisde.
Trekking in Hsipaw
Ik sta vroeg op en ontbijt. Daarna informeer ik snel of ik nu wel of niet mee kan op een lange trekking.
Er heeft zich helaas niemand aangemeld, laat de gids weten. Daarom besluit ik toch maar mee te gaan met de groep die een tweedaagse trekking met één overnachting gaat maken. Dat betekent dat ik binnen een half uur klaar moet staan.
Ik zoek snel de spullen bij elkaar die ik nodig zou moeten hebben. De rest laat ik achter in het guesthouse. De groep blijkt te bestaan uit twee Canadese meiden uit het Franse gedeelte en ik. Ik merk dat ik blij ben om weer wat contact te kunnen leggen.
We maken een mooie wandeling van 26 kilometer in totaal. De wandeling is af en toe best pittig, omdat het zo onwijs heet is.
Soms moeten we steil bergop lopen in de brandende zon. Ook behoorlijk zweten precies op het heetst van de dag zonder schaduw. Ik verlies heel wat vocht vandaag en probeer zo goed mogelijk te blijven drinken. We maken onderweg stops bij mensen thuis om thee te drinken of om te lunchen.
Het laatste stuk moeten we nog helemaal naar de top van het dorp klimmen. Onderweg naar boven kopen we alvast een biertje. Eindelijk aangekomen bij onze slaapplek zijn mijn benen wel blij dat we er zijn. Het is echt genieten van het verfrissende biertje.
Lokale overnachting
We slapen in een huis van locals. Het heeft een prachtig uitzicht over de vallei.
Er zijn hier nog drie andere backpackers aanwezig. Zij hebben net hun tweede wandeldag achter de rug. Dit zal dus hun tweede overnachting worden. Het zijn toevallig ook twee Canadese meiden en een jongen uit Peru. Leuke, gezellige mensen.
Een van de meiden maakt hele avontuurlijke reizen, door Syrië bijvoorbeeld. Het andere meisje is een beetje alternatief. Ze heeft een piercing door het middenbotje van haar neus en opgeschoren haar, ze is heel grappig. De Peruaan woont al een tijdje op Zanzibar en heeft daar zijn eigen guesthouse. Een interessante mix van mensen.
We krijgen door de eigenaren van dit huis lekker eten geserveerd. Er wordt daarna een kampvuurtje gemaakt en we kletsen over van alles en nog wat.
Als het tijd is om te gaan slapen, zoeken we allemaal ons bed op. We liggen op een rijtje in de grote open ruimte van het huis. Op een heel dun matje.
Ik slaap best redelijk, ondanks het feit dat ik ’s nachts wakker word van de nachtelijke avonturen van een local stel in de hut. Ach ja, ook dat is de local experience haha.
Ik ben al vroeg wakker. Ik merk dat de eigenaren van het huis al druk in de weer zijn met van alles en nog wat. Zij proberen zo vroeg mogelijk de dag te starten om te kunnen profiteren van de aangenamere temperaturen. Ik kan daarom ook niet echt meer slapen en stap mijn bed uit. De rest ligt nog te slapen.
Ik zit een hele tijd buiten op een boomstronk. Ik kijk naar het dorpje dat onder me ligt. De zon schijnt al volop en doet hard zijn best om me weer aan het zweten te krijgen.
Na een tijdje is iedereen wakker en ontbijten we samen. Daarna trekken we de wandelschoenen weer aan om terug te lopen richting Hsipaw. Dit stuk lopen we samen met de andere groep.
Het is vandaag alleen nog maar vlak of steil naar beneden. Desondanks is het nog steeds flink zweten. In de middag komen we weer terug bij Mr. Charles Guest House.
Ik vond het een leuke wandeling. We hebben veel door dorpjes gelopen. Ook een stuk door een bos en we hebben verschillende planten en vruchten gezien. We hebben ook wel delen over dorre vlaktes gelopen. Dat lag aan het seizoen. Ik vond het gezellig om andere reizigers te ontmoeten.
We boeken allemaal nog een nacht in Mr. Charles Guest House. Behalve Jorge. Hij reist vandaag nog met een nachtbus door naar Inle Lake.
Het paradijs dat Mr. Shake heet
Nadat ik gedoucht heb, ga ik buiten met Jorge een biertje drinken. Later komen de andere meiden er ook bij zitten. Tegelijkertijd komt het Belgische stel aan gefietst.
Zij raden ons aan om naar Mr. Shake te gaan. Hier vind je hele lekkere vruchtensapjes en cocktails. Allemaal voor maar 1 dollar. Met onze trekkinggroep besluiten we dat eens te gaan onderzoeken.
Het blijkt een waar paradijs te zijn. We kunnen elke combinatie maken die we willen. En alles kost dus ook echt maar 1 dollar. Ongeacht of er alcohol in je creatie zit.
We zijn er rond 16.00 uur gaan zitten. Naarmate de uren verstrijken wordt de groep alsmaar groter.
De mensen die je soms ontmoet
Zo ontmoet ik ook de Duitse Max en de Amerikaanse Zack. Zij hebben in Mandalay een motor gehuurd voor enkele dagen. Ze komen net aan in Hsipaw.
De jongens zien er nogal gehavend uit. Het blijkt dat het de eerste keer van hun leven is dat ze een geschakelde motor rijden. Max is al een aantal keren gevallen en heeft diverse schaafwonden. Zack is zojuist nog onderuit gegaan. Hij heeft de motor boven op zijn been gekregen. Het gevolg is een hele flinke brandplek met geel pus en loshangend vel.
Het ziet er heel slecht uit, maar ze komen eerst even een cocktail drinken! We adviseren Zack om de open wond op zijn minst af te dekken met gaas. Met al dat zand en stof dat hier rondwaait is dat geen overbodige luxe. Maar Zack is van mening dat het beter is om de wond niet te bedekken. Hmm, ok!
Na enkele cocktails en wat dumplings gegeten te hebben, taait iedereen rond een uur of 21.00 uur af. Na al die cocktails voelt het alsof het diep in de nacht is. Met een licht hoofd stap ik mijn bed in.
Met de trein van Hsipaw naar Pyin oo Lwin
Om 09.40 uur gaat mijn trein naar Pyin oo Lwin. De twee Canadese meiden van mijn trekking, Stephanie en Jennifer, gaan dezelfde kant op. We nemen afscheid van de rest. Dan brengt een taxi ons naar het treinstation.
Het zal een 6 à 7 uur durende rit worden. In een druk heen en weer bewegende trein. Dit heb ik gehoord van het Belgische stel.
Deze treinroute leidt ons over een fameuze brug. Het Gokteik viaduct. Gebouwd in 1900 en een waar meesterwerk. Sowieso voor de tijd dat het gebouwd werd.
Het is een befaamde treinrit en een van de redenen dat mensen op dit traject de trein nemen.
Ik vind het een hele leuke rit. De trein schudt inderdaad gigantisch heen en weer. Heel bijzonder dat hij elke dag nog kan rijden.
Jennifer is de hele nacht ziek geweest en heeft continu overgegeven. Net voordat we op de trein stapten moest ze de bosjes nog snel opzoeken. Deze druk heen en weer schuddende trein is het laatste waar ze op zit te wachten. Ik heb echt medelijden met haar. Ze pendelt de hele rit tussen haar stoel en de wc.
Ik daarentegen vermaak me op en top! Ik kijk uit het raam en geniet van de prachtige omgeving. Maar ik bekijk vooral de mensen om me heen.
Met name de dames met hele grote manden op hun hoofd. Zij bieden bij elke halte eten aan bij de ramen van de trein. Het eten in die manden varieert van snacks, zoals zakjes chips, tot aan grote schijven watermeloen. Maar ook hele noodlegerechten of vlees aan stokjes met bijbehorende saus.
Als we over het befaamde Gokteik viaduct rijden schuifelt de trein heel langzaam vooruit. De constructie van het viaduct is al een eeuw oud. Door langzaam te rijden proberen ze het zo min mogelijk te belasten. Het hele bouwwerk kraakt en piept als we er tergend langzaam overheen rijden.
Als hij het maar houdt, denk ik bij mezelf.
Pyin oo Lwin: Britse kolonie op hoogte
Veilig en wel bereiken we Pyin oo Lwin.
Dit bergdorp ligt op 1070 meter hoogte. Hierdoor is het een van de koelste plekken. Het heeft echt een aangename temperatuur. Nog steeds wel warm. Waarschijnlijk een graad of 35. Maar vergeleken met de andere plekken momenteel echt fijn.
Pyin oo Lwin is in 1896 door de Britten gesticht. Precies om de reden waarom ik het hier zo aangenaam vind. Namelijk om in een koelere omgeving te kunnen verblijven.
Die Britse invloeden zie je in Pyin oo Lwin heel goed terug. Er rijden nog (ooit deftige) paard en wagens door de straat. Van die koetsen waar je hoog in moet stappen en je met 4 personen net aan in past.
We worden door zo’n paard en wagen van het treinstation naar ons guesthouse gebracht. Helemaal in stijl.
Het guesthouse zelf is niet zo geweldig. Stephanie en ik besluiten te voet op onderzoek uit te gaan naar een betere slaapplek. Jennifer blijft bij onze tassen zitten. Zij kan toch geen stap meer verzetten.
Uiteindelijk vinden we een net hotel. Het is een beetje duurder, maar we vinden er een driepersoonskamer. Dat maakt het per persoon betaalbaar. Jennifer duikt meteen het bed in.
Stephanie en ik lopen ’s avonds over de nachtmarkt. Een gezellige drukte met allemaal eetstalletjes. We nemen hier enkele appetizers. Daarna vinden we een Indiaas restaurant waar we heerlijke curry eten.
Kandawgyi Gardens Pyin oo Lwin
In het hotel kunnen we maar één nacht slapen. Daarom verhuizen we in de ochtend eerst naar een ander guesthouse. Hier regelen we weer een driepersoonskamer. Jennifer voelt zich gelukkig weer kiplekker en is in staat om met ons mee op pad te gaan.
We regelen een taxi die ons naar de botanische tuinen brengt.
De National Kandawgyi Gardens in Pyin oo Lwin is een gigantisch groot park. Vol met bloemen, een heel interessant vlindermuseum en mooie wandelpaden.
We slenteren er een paar uur rond. Ieder van ons op eigen tempo.
Ook hier moet ik een aantal keer poseren voor de camera van een Birmees. Het gekke is dat Jennifer bijna nooit gevraagd wordt. Zij heeft kort donker haar en een getinte huid. Volgens haar zorgt dat ervoor dat ze minder interessant wordt gevonden. In tegenstelling tot ik met mijn blonde haar en witte huid.
We stappen elk achter op een motorbike. Op die manier worden we terug gereden naar ons guesthouse.
Even schakelen…
In de middag zijn we van plan om naar de Anisakan waterval te gaan. We hebben dit getipt gekregen van de anderen tijdens de trekking.
Maar terug in het guesthouse kondigt Stephanie aan dat zij zich nu niet lekker voelt. Jennifer wil nog steeds wel met me mee, dat is gezellig.
We huren een scooter bij de receptie. De vrouw vertelt me dat het een semi-automaat is. Dit betekent dat het ding vier versnellingen heeft en ik zelf moet schakelen. Ze vraagt of ik dat kan en ik zeg maar ja. Ik denk dat ik het wel kan proberen te leren.
Jennifer wil of durft überhaupt geen scooter te rijden. Ik zal dus sowieso chauffeuren.
Toen ik hoorde dat het vier versnellingen heeft, dacht ik dat het precies zou zijn als bij de tuktuk. Met de linkerhand schakelen. Maar nu ik het ding zie, blijkt het met de linkervoet schakelen te zijn. Logisch ook.
Het gaat in het begin een beetje met horten en stoten. Maar ik heb het uiteindelijk redelijk snel onder de knie.
Verkoeling bij Anisakan waterval
De waterval hebben we gemakkelijk gevonden. Onderweg hebben we nog wat aardbeien gescoord. In Pyin oo Lwin worden veel aardbeien verbouwd.
Aangekomen in de buurt van de waterval parkeren we de motorbike. Vanuit hier moeten we nog een half uur steil naar beneden lopen. Daar aangekomen zien we het mooie, blauwgekleurde water.
We treffen er per toeval ook Max en Zack. Zij zijn net van plan weer terug naar Mandalay te rijden. Ze moeten hun motoren daar inleveren. We spreken ze even kort.
Wat ik supergrappig vind, is dat Zack inmiddels zijn brandwond heeft afgedekt. Met een heel groot stuk maandverband en daar overheen gaas. Hahaa! Stoere jongen op een motor maar dan wel met maandverband op zijn been. Heerlijk die ironie!
Als de jongens er vandoor gaan, zijn Jennifer en ik de enige buitenlanders. We zijn een beetje huiverig om onze kleren uit te trekken. Alle locals zwemmen in hun kleren. Uiteindelijk besluiten we toch gewoon in onze bikini het water in te gaan. Het geeft natuurlijk wel wat bekijks. Maar kijken doen ze sowieso al.
Het water is lekker verkoelend. We zwemmen wat rond en eten de lekkere aardbeien op. Na een paar uur besluiten we te beginnen aan de wandeling naar boven. Ik kijk daar best wel tegenop. Het is bloedheet en berg op lopen is sowieso niet mijn hobby.
Het is flink zweten, maar het valt me toch mee. We maken af en toe een stop als er een klein plekje schaduw is. We drinken veel water. Na een klein uur staan we dan weer aan de top.
Pyin oo Lwin nightlife
Terug in Pyin oo Lwin ga ik met Stephanie een koud biertje drinken. We vinden een lokale bar, Win Thu Zar. De Lonely Planet schrijft dat er alleen maar mannen zullen zijn. Nou dat blijkt ook het geval, dus we vallen best wel op.
Ze hebben hier bier van de tap. En ook een bijzondere. Het is een anti-verouderingsbiertje. Spirulina heet het en dat is blijkbaar een alg dat in overvloed te vinden is in Myanmar. Het wordt onder andere gebruikt in cosmetica. Maar ook als dieetsupplement voor astronauten.
Geen idee of het ons jong houdt, maar ik voel me na dit frisse biertje zeker als herboren!
In een truck van Pyin oo Lwin naar Mandalay
Vandaag ga ik naar Mandalay. Ik kon gisteren niet precies achterhalen hoe ik vanuit Pyin oo Lwin naar Mandalay kan reizen. De mensen spreken hier slecht Engels. En ik krijg verschillende antwoorden.
Ik heb de indruk gekregen dat er geen bussen zijn en dat ik op een pick-up truck moet stappen. Deze trucks zouden bij een benzinestation staan opgesteld. Ik heb een tijd van 07.00 uur en 08.00 uur gehoord.
De wekker besluit ik om 07.00 uur af te laten gaan. Ik gooi mijn backpack op mijn rug en loop naar het bewuste benzinestation. Jennifer en Stephanie slapen nog. Ik heb ze een briefje geschreven om gedag te zeggen.
The road to Mandalay
Op weg naar het benzinestation kom ik langs een kantoortje. Daar zou ik volgens de Lonely Planet mogelijk toch een buskaartje kunnen kopen. Ik tracht hier wat geregeld te krijgen, maar niemand begrijpt me.
Uiteindelijk verschijnt er een man die wel een beetje Engels spreekt. Hij verwijst me toch naar de pick-up trucks. Een stukje verderop. Hij zegt dat het 1.500 Kyat zou moeten kosten en het ongeveer 2 à 3 uur zal duren.
Bij het benzinestation aangekomen zie ik inderdaad een truck staan. En een groepje van vijf mannen. Ze roepen ‘Mandalay’ naar me. Ik geef aan dat het inderdaad is waar ik naartoe wil. Ze zeggen wat in het Birmees tegen elkaar, moeten lachen en hebben onderonsjes.
Ik kan in ieder geval afspreken dat het me 1.500 Kyat gaat kosten. Ik begrijp dat ze over 20 minuten zullen vertrekken en ik mag aangeven waar in Mandalay ik afgezet moet worden.
Mijn backpack gaat op het dak. Ik mag alvast achterin de pick-up truck gaan zitten.
De truck is al helemaal volgeladen met bier. Tot onder de zitbankjes aan toe. Over het bier zelf ligt een zeil. Dit betekent dat iedereen met opgetrokken benen moet zitten. De rugleuning van de bank is een plaat met een uitstekend randje. Daardoor totaal oncomfortabel om tegenaan te zitten.
Binnen een mum van tijd zit de truck vol met ongeveer 14 man. De twee jonge meiden naast mij vinden het mega interessant dat ze naast me zitten. Ze giechelen, kijken me de hele tijd aan en maken stiekem foto’s.
Ik vind deze manier van transport een leuke ervaring. Lokaler dan dit krijg je het niet. We maken onderweg enkele stops. Sommige dames willen aardbeien kopen en de mannen kopen beetle nut.
Beetle nut
Beetle nut komt in een groen blad met een crèmepje erop. Daarin wordt de betelnoot gelegd. Dit pakketje wordt achter de wang gestopt en daar pruimen ze dan heel lang op. Hier worden ze een beetje high van.
Ik zag dit fenomeen voor het eerst in Sri Lanka. Maar ik ben het ondertussen ook tegengekomen in India en Bangladesh.
Men spuugt tijdens het kauwen van dit spul af en toe rood speeksel op straat. Je kunt het goed zien aan mensen die het veel gebruiken. Ze hebben een slecht gebit en een hele rode mond en tanden. Het is erg ongezond.
You, single?
Na verloop van tijd worden de zakjes van de aardbeien gebruikt als spuugzakjes, wanneer er weer eens iemand misselijk wordt van de rit.
De dames tegenover mij hebben me al een tijdje zitten bekijken. Af en toe iets smoezend met elkaar. Uiteindelijk durven ze me wat te vragen. ‘You… only single?’. Haha, ze zijn benieuwd of ik in mijn eentje reis en vinden het een bijzonder iets.
Halverwege de rit vraagt de jongen van de truck mij hem te betalen. Hij vraagt me om 2.000 Kyat. Ik zeg hem dat dat niet de afspraak was, want we hadden 1.500 Kyat afgesproken. Ja, zegt hij dan, maar je moet nog 500 Kyat extra betalen voor je backpack. Ik zeg hem nog maar een keer dat we 1.500 Kyat hebben afgesproken. Dan gaat hij toch akkoord. Ach ja, ik snap dat hij het even probeerde.
Welkom in Mandalay
Ongeveer twee uur later komen we aan in Mandalay. Ze zetten me langs de weg af, in de buurt van waar ik moet zijn. Vanaf hier is het ongeveer 10 minuten lopen.
Ik had al gehoord dat het in Mandalay heel heet is. In Bagan, waar ik hierna naartoe ga, is het blijkbaar nog heter. Mijn korte wandeling van de pick-up truck naar mijn guesthouse is er inderdaad eentje die me flink laat zweten. En het is nog maar 10.00 uur in de ochtend! Wat ben ik blij als ik binnen stap en er een ventilator voor verkoeling zorgt.
Ik check in in een mooi uitziende dorm en mag meteen gebruikmaken van het ontbijt. Goede service hier bij Dreamland. Officieel zou het ontbijt pas morgen ingaan.
Het ontbijt is bij de buren. Een lokaal restaurantje. Voor logees van het guesthouse hebben ze een speciaal ontbijtmenu.
De jonge ober adviseert mij een banana pancake te nemen. Die is heerlijk, maar wel echt mierzoet en erg vet. De mensen in Myanmar houden daar wel van, valt me op. Veel van wat ze eten en drinken is heel zoet en ze frituren ook veel. Het land kampt met grote problemen door diabetes heb ik begrepen.
Na het ontbijt schrijf ik mijn naam bij de receptie op een bord. Ik wil graag een tour maken naar drie koningssteden rondom Mandalay. Ik heb gehoord dat dat erg interessant is. Het is nogal prijzig om het in mijn eentje te doen. Maar door me op dit bord ‘aan te melden’ kunnen anderen zich eventueel bij mij voegen. Dit zal het hopelijk wat goedkoper maken.
Voor vandaag heeft de dame van de receptie mij laten zien welke plekken in de stad interessant zijn om te bezoeken. Ik zou ook een scooter kunnen huren voor een halve dag vertelt ze me. Het is inmiddels 11.00 uur, dus ik besluit nog even naar mijn kamer te gaan. De scooter huur ik dan vanaf 12.00 uur voor een halve dag.
Met de scooter naar koningssteden
In mijn kamer tref ik Pete, een 22-jarige Amerikaan uit Wisconsin. Hij heeft een gezellige babbel. We kletsen over waar we geweest zijn en waar we naartoe gaan. Hij heeft gisteren al met een scooter rond de stad gereden. Hij geeft me wat informatie.
Thor, een 35-jarige Duitser die al 9 jaar aan het reizen is, komt er ook bij zitten. Hij is gisteravond aangekomen in Mandalay en heeft nog geen idee wat hij hier wil gaan doen.
Ik stel voor dat ze met me mee gaan vandaag. Dat zien ze beide wel zitten. We krijgen drie scooters mee. Twee volledig automatisch en een semi-automatische. Thor rijdt de laatste.
We hebben een hele leuke dag. We rijden meteen de stad uit en maken een rit langs de Irrawaddy rivier. Deze steken we over naar de andere kant. Daar bezoeken we de koningsstad Sagaing. Daarna rijden we helemaal naar boven tot aan Mingun.
Onderweg drinken we suikerrietsap langs de kant van de weg. Daar waar we tanken moeten we even een kopje thee meedrinken.
U Bein-brug
We eindigen de dag bij de langste teakhouten brug in de wereld. Het is de hele dag bloedheet geweest. Maar hier begint het tijdens zonsondergang eindelijk een beetje aangenaam te worden.
Langs de waterkant drinken we een biertje. Samen met veel andere toeristen. Ik heb sinds mijn aankomst in Myanmar nog niet zoveel westerse toeristen bij elkaar gezien.
Van kraampjes langs de kade proberen we gefrituurde krab die we in zijn geheel kunnen opeten. En kippenkont op een stokje. In het donker rijden we weer terug naar Mandalay.
Thor gaat nog even langs de supermarkt. Pete en ik eten Shan-noodles bij een lokaal restaurantje tegenover ons guesthouse. We kletsen nog wat in onze fijne airconditioned kamer.
Mijn eerste dag in Mandalay is omgevlogen.
Naar de barbier in Mandalay
Ik ga ontbijten bij de buren. Dit keer bestel ik ei op naan-brood. Ik krijg naan-brood met suiker en boter. Geen idee waar die miscommunicatie is ontstaan haha.
Het is meteen alweer bloedheet. Ik zweet als een otter.
Ik zit er een klein half uur als Pete aan komt lopen. Hij komt bij me zitten en vraagt me wat ik vandaag van plan ben.
Helaas heeft niemand zich op het bord aangemeld voor de tour. Maar ik was het eigenlijk ook niet meer van plan. We hebben gisteren een groot deel zelf al gedaan.
Ik heb de Lonely Planet geraadpleegd om te zien wat ik in Mandalay zelf kan bekijken. Ik moet alleen eerlijk bekennen dat het door de hitte gewoonweg niet uitnodigend is om in zo’n grote stad te gaan rondlopen. Daardoor heb ik in ieder geval bedacht weer een scooter te huren.
Pete wil zijn baard laten trimmen en heeft verder nog geen plannen. Ik mag met hem mee. Ik ben wel benieuwd hoe het er hier in zo’n kapperszaak aan toe gaat. Pete heeft ook gehoord over een waterval die buiten de stad te bezoeken is. Hij oppert om daar na de kapper naartoe te gaan vandaag. Ik vind het een top idee.
Bij de kapper aangekomen wordt Pete snel geholpen. Het is leuk om te zien. Hij heeft meteen een heel ander gezicht gekregen.
De kapper laat weten dat Pete er niet voor hoeft te betalen. Wij hebben het idee dat de jongen bij de kapper nog nooit eerder een baard had getrimd. Hij vond het zelf vooral leuk om te doen. Mannen in Myanmar hebben eigenlijk geen baardgroei.
Aan verkoelende watervallen geen gebrek
Om 12:30 huren Pete en ik een scooter voor een halve dag.
Het wordt een beetje oud nieuws, maar wat is het heet! We zweten ons lek. Zelfs als we op de scooter in de wind rijden. De wind is gewoon een hele warme föhn.
Na ongeveer 45 minuten rijden vinden we de start van de wandeling. Op naar de Dee Doke waterval.
We moeten nog even een flink stuk klimmen. Midden op de dag in de brandende zon. Maar de beloning is mooi blauw water.
Ook hier zwemmen alleen maar een paar locals. Ik negeer de dresscode en geniet in mijn bikini van het koele water. Pete maakt contact met een Birmees die ons uitnodigt om bij hem te komen zitten en wat te eten. Ik blijf in het water, want ik voel me toch ongemakkelijk in mijn bikini buiten het water.
Na een tijdje besluiten we de kleren weer aan te trekken. We gaan nog even verder de berg op klimmen.
Er zijn verschillende niveaus en we kunnen dus nog hogerop. Aangekomen bij het hoogste punt zien we dat het heel druk is met zwemmende Birmezen.
Het lijkt wel een outdoor zwemparadijs. Ze hebben grote boxen staan met hele harde muziek. Er wordt rondgezwommen met opblaasbare attributen en overal ligt afval. Het was mooier en rustiger toen we een niveautje lager waren.
Ik bekijk het hele tafereel terwijl Pete op onderzoek uitgaat. Hij klimt nog verder de rotsen op. Een jongen laat hem zien waar hij naartoe moet. Blijkbaar kan hij vanachter die rots vanaf heel hoog het water inspringen en heeft hij mooi uitzicht.
Om 16.30 uur besluiten we maar eens huiswaarts te gaan. De rit terug gaat over dezelfde weg, maar ik vind het mooier dan tijdens de heenweg. De zon is aan het ondergaan en geeft een geweldig mooie kleur op de bergen. Ook wordt het qua temperatuur weer wat aangenamer.
Geveld in Myanmar
Terug in het hostel zoeken we Thor op. We hadden met hem afgesproken te gaan eten bij een restaurant dat iemand ons aanraadde.
Zodra we in de kamer zijn voelt Pete zich ineens echt niet goed. Hij besluit niet mee te gaan.
Thor en ik lopen naar het restaurant dat bekend staat om haar salades. Daar heb ik echt even behoefte aan. Ik heb tot nu toe weinig groenten gevonden in het Birmese eten. Ook schiet de lunch er vaak bij in. Soms een snack of een zakje chips. Daarom heb ik nu echt zin in een gezonde maaltijd.
Thor eet maar twee happen van zijn salade. Ik eet de zijne dan ook maar op. Hij rent vervolgens naar de wc waar hij moet overgeven. Nou lekker dan, iedereen om me heen wordt ziek.
Voor Pete nemen we een tomatensalade mee. We wandelen snel terug naar het guesthouse. Het begint te onweren en flink te regenen.
Terug in de kamer duikt Thor meteen zijn bed in. Pete pendelt tussen wc en bed. Geen idee of ze beide door hetzelfde geveld zijn. Maar het samen bier drinken wat we van plan waren gaat in ieder geval niet door.
Op naar Bagan
Ik gebruik de tijd om mijn reisverslag bij te werken. Morgen neem ik een mini bus naar Bagan. Dit is een van de grootste toeristische trekpleisters van Myanmar.
Ik kijk een beetje op tegen de hitte daar. Het schijnt er ongeveer 42 graden te zijn. En van wat ik om me heen hoor voelt het er zelfs nog warmer aan, omdat er geen zuchtje wind is. Ik ben benieuwd…
>> Lees hier het vervolg van mijn reis door Myanmar
Ben je ook van plan om Myanmar te bezoeken? Lees dan ook
> Geldzaken Myanmar: alles wat je moet weten
> Route Myanmar: mijn reisroute van 3 weken door Myanmar
Of keer terug naar het blog voor andere reisinspiratie